Thema: Zalig zij die niet gezien hebben en toch geloven

Welkom

Zingen: psalm 86: 2 en 4
2 Ja tot U hef ik mijn leven,
Gij zijt mild om te vergeven,
rijk in goedertierenheid
voor een hart dat tot U schreit.
Heer, neem mijn gebed ter ore,
wil mijn luide smeken horen.
In het bitterste getij
roep ik en Gij antwoordt mij.

4 Leer mij naar uw wil te hand’len,
laat mij in uw waarheid wand’len.
Voeg geheel mijn hart tezaam
tot de vrees van uwen naam.
Heer mijn God, ik zal U loven,
heffen ’t ganse hart naar boven.
Ja, uw naam en majesteit
loof ik tot in eeuwigheid.

Stilte – Bemoediging en groet

Uitleg van het thema van de verkondiging

Zingen: Hemelhoog: lied 176: 1, 4 en 5 ( God enkel licht)
1 God enkel licht,
wiens aangezicht
zo blinkend is van luister,
ziet ons onrein,
ziet hoe wij zijn
vervallen aan het duister.

4 Ja, amen, ja,
op Golgotha
stierf Hij voor onze zonde.
Zijn schuld’loos bloed
maakt alles goed
en reinigt ons van zonde.

5 God onze Heer,
wil tot uw eer
ons klein geloof versterken.
Dan zullen wij
Hem, waarlijk vrij,
volgen in goede werken.

Gebed

Schriftlezing:
Jesaja 29: 17-24

17Nog slechts een korte tijd, dan zal de Libanon weer een boomgaard worden, een boomgaard die is als een woud. 18Op die dag zullen doven kunnen horen hoe uit een boek wordt voorgelezen, en blinden zullen met eigen ogen zien, bevrijd van duisternis en donkerheid. 19Dan zullen verdrukten de HEER weer loven, zwakken juichen om de Heilige van Israël. 20Want het is gedaan met de geweldenaar, voorbij met de spotter. Ieder die op onrecht zint, zal vergaan: 21wie een ander valse beweringen ontlokt, wie de rechters in de poort wil verstrikken, wie het recht van de rechtvaardige schendt met loze beweringen. 22Daarom – dit zegt de HEER, die Abraham bevrijd heeft, over de nakomelingen van Jakob: Jakob zal niet meer te schande staan, zijn gezicht niet meer van schaamte verbleken. 23Want wanneer zijn kinderen zien wat ik in hun midden heb verricht, zullen zij eerbied hebben voor mijn naam, de heiligheid erkennen van de Heilige van Jakob en de God van Israël vrezen. 24Ieder die verward was, zal inzicht verwerven, wie altijd klaagde, is vol begrip.

Johannes 20: 24-29;
24Een van de twaalf, Tomas (dat betekent ‘tweeling’), was er niet bij toen Jezus kwam. 25Toen de andere leerlingen hem vertelden: ‘Wij hebben de Heer gezien!’ zei hij: ‘Alleen als k de wonden van de spijkers in zijn handen zie en met mijn vingers kan voelen, en als ik mijn hand in zijn zij kan leggen, zal ik het geloven.’ 26Een week later waren de leerlingen weer bij elkaar en Tomas was er nu ook bij. Terwijl de deuren gesloten waren, kwam Jezus in hun midden staan. ‘Ik wens jullie vrede!’ zei hij, 27en daarna richtte hij zich tot Tomas: ‘Leg je vingers hier en kijk naar mijn handen, en leg je hand in mijn zij. Wees niet langer ongelovig, maar geloof.’ 28Tomas antwoordde: ‘Mijn Heer, mijn God!’ 29Jezus zei tegen hem: ‘Omdat je me gezien hebt, geloof je. Gelukkig zijn zij die niet zien en toch geloven.’

1 Petrus 1 : 3 t/m 9
3Geprezen zij de God en Vader van onze Heer Jezus Christus: in zijn grote barmhartigheid heeft hij ons opnieuw geboren doen worden door de opstanding van Jezus Christus uit de dood, waardoor wij leven in hoop. 4-5Er wacht u, die door Gods kracht wordt beschermd omdat u gelooft, in de hemel een onvergankelijke, ongerepte erfenis die nooit verwelkt. U ziet de redding tegemoet, die aan het einde van de tijd zeker geopenbaard zal worden. 6Verheug u hierover, ook al moet u nu tot uw verdriet nog een korte tijd allerlei beproevingen verduren. 7Zo kan de echtheid blijken van uw geloof – zoveel kostbaarder dan vergankelijk goud, dat toch ook in het vuur wordt getoetst – en zo verwerft u lof, eer en roem wanneer Jezus Christus zich zal openbaren. 8U hebt hem lief zonder hem ooit gezien te hebben; en zonder hem nu te zien gelooft u in hem en ervaart u een onuitsprekelijke, hemelse vreugde, 9omdat u het einddoel van uw geloof bereikt: uw redding.

Zingen: psalm 79:5
5 O Heer, wij zijn het volk door U verkoren,
wij zijn de schapen die uw roepstem horen,
Gij, onze herder, zult ons veilig leiden
aan stille waat’ren en in groene weiden.
Geslacht meldt aan geslacht
uw goedheid en uw kracht,
de grootheid van uw daden.
Zo gaat een blinkend spoor
van lof de eeuwen door.
Wij prijzen uw genade.

Verkondiging : Zalig zij die niet gezien hebben en toch geloven

Zingen: gezang 440, 2 en 3
2 Het is het eeuwige erbarmen,
dat mijn besef te boven gaat,
het zijn de liefdevolle armen,
het is zijn hart, dat openstaat.
Hij noodt de zondaar, Hij vergeeft
die Hem het hart gebroken heeft.

3 O afgrond, waarin alle zonden
verzinken en niet meer bestaan!
O diep geheim van Christus’ wonden,
het oordeel is te niet gedaan!
O Heer, uw bloed roept voor altijd:
barmhartigheid, barmhartigheid!

Gebeden

Apostolische Geloofsbelijdenis

Collecte

Slotlied: gezang 445: 2 en 3
2 Jezus Christus is gestorven,
is verrezen, ook voor mij,
heeft de zegepraal verworven
en het leven, ook voor mij.
Aan Gods rechterhand gezeten,
zal Hij nimmer mij vergeten,
maar, uit deernis met mijn lot,
treedt Hij voor mij in bij God.

3 Ruwe stormen mogen woeden,
alles om mij heen zij nacht,
God, mijn God zal mij behoeden,
God houdt voor mijn heil de wacht.
Moet ik lang zijn hulp verbeiden,
zijne liefde blijft mij leiden:
door een nacht, hoe zwart, doe dicht,
voert Hij mij in ’t eeuwig licht.

Zending en zegen

Last modified: 10 april 2021