Thema: Ontslapen in Christus

Mededelingen

Intochtslied Hemelhoog 321: 1, 4 en 5
1 Wees mijn verlangen,
o Heer van mijn hart,
leer mij U kennen
in vreugde en smart.
Laat mijn gedachten
op U zijn gericht;
wakend of slapend,
vervuld van uw licht.

4 Wat baat mij rijkdom
of eer van een mens:
bij U te wonen
is al wat ik wens,
met als beloning
dat ik op U lijk;
hemelse Koning,
pas dan ben ik rijk.

5 Hemelse Koning,
die het kwaad overwon,
als ik daar kom
in het licht van uw zon,
stralend van vreugde,
getooid als een bruid,
gaat mijn verlangen
nog meer naar U uit.

Stil gebed – Votum – Groet

Zingen Psalm 21: 1 en 3 Lied v/d maand
1 O Heer, de koning is verheugd!
Hij wil uw almacht prijzen,
U juichend dank bewijzen.
Gij schonk hem dapperheid en deugd.
Gij hebt op zijn gebed
hem door uw hulp gered.

3 Al wat de koning had begeerd
van U, o God, was leven;
en Gij hebt hem gegeven
een leven dat de tijd trotseert,
een leven voor altijd
in onvergank’lijkheid.

Wet van God

Zingen Psalm 119: 1 en 2
1 Welzalig wie de rechte wegen gaan,
wie in de regels van Gods wijsheid treden.
Zalig wie zijn getuigenis verstaan,
van ganser harte zoeken naar zijn vrede.
Geen onrecht en geen dwaling lokt hen aan.
De weg der zondaars wordt door hen gemeden.

2 Gij hebt ons hart uw orde opgelegd,
opdat wij die met ijver onderhouden.
Ach, ging ik toch de wegen van uw recht,
dan stond ik niet beschaamd, als ik vertrouwde
op wat Gij in uw liefde tot mij zegt,
als ik de schoonheid van uw wet aanschouwde.

Gebed

Bijbellezing 1 Thessalonicenzen 4: 1-18
1 Broeders en zusters, in naam van de Heer Jezus vragen we u met klem te leven zoals wij het u hebben geleerd, dus zo dat het God behaagt. U doet dat al, maar wij sporen u aan het nog veel meer te doen. 2U kent de voorschriften die wij u op gezag van de Heer Jezus hebben gegeven. 3Het is de wil van God dat u een heilig leven leidt: dat u zich onthoudt van ontucht, 4dat ieder van u zijn lichaam heiligt en in eerbaarheid weet te beheersen 5en dat u niet zoals de ongelovigen, die God niet kennen, toegeeft aan uw hartstocht en begeerte. 6Schaad of bedrieg uw broeder of zuster in dit opzicht niet, want de Heer vergeldt dit alles, zoals wij u vroeger al nadrukkelijk hebben voorgehouden. 7God heeft ons niet geroepen tot zedeloosheid, maar tot een heilig leven. 8Dus wie deze voorschriften verwerpt, verwerpt niet een mens, maar God, die u zijn heilige Geest geeft. 9Over de onderlinge liefde hoeven wij u niets te schrijven, want u hebt zelf van God geleerd hoe u in liefde met elkaar moet omgaan. 10U doet dat al met alle gelovigen in heel Macedonië, maar, broeders en zusters, wij sporen u aan het nog veel meer te doen 11en er een eer in te stellen in alle rust uw eigen zaken te behartigen en uw eigen brood te verdienen. Dat hebben wij u opgedragen, 12opdat u een eerzaam leven zult leiden in de ogen van hen die niet tot de gemeente behoren, en u van niemand afhankelijk bent. 13Broeders en zusters, wij willen u niet in het ongewisse laten over de doden, zodat u niet hoeft te treuren, zoals zij die geen hoop hebben. 14Want als wij geloven dat Jezus is gestorven en is opgestaan, moeten wij ook geloven dat God door Jezus de doden naar zich toe zal leiden, samen met Jezus zelf. 15Wij zeggen u met een woord van de Heer: wij, die in leven blijven tot de komst van de Heer, zullen de doden in geen geval voorgaan. 16Wanneer het signaal gegeven wordt, de aartsengel zijn stem verheft en de bazuin van God weerklinkt, zal de Heer zelf uit de hemel neerdalen. Dan zullen eerst de doden die Christus toebehoren opstaan, 17en daarna zullen wij, die nog in leven zijn, samen met hen op de wolken worden weggevoerd en gaan we in de lucht de Heer tegemoet. Dan zullen we altijd bij hem zijn. 18Troost elkaar met deze woorden.

Zingen Psalm 107: 1 en 4
1 Gods goedheid houdt ons staande
zolang de wereld staat!
Houdt dan de lofzang gaande
voor God die leven laat.
Al wie, door Hem bevrijd
uit ongastvrije streken,
naar huis werd heengeleid,
zal van zijn liefde spreken.

4 Laat ons nu voor den Here
zijn goedertierenheid
toezingen en vereren
de God die ons bevrijdt.
Want wie zijn hulp verlangt,
Hem aanroept in gebeden,
verlost Hij uit de angst
en leidt Hij tot den vrede.

Verkondiging

Zingen Gezang 267: 1 en 2
1 Zalig, die in Christus sterven,
de doden, die de hemel erven,
voor wie Hij woning heeft bereid.
Na de nacht van strijd en zorgen
aanschouwen zij de eeuw’ge morgen,
ontwakend tot onsterf’lijkheid.
Van moeiten rusten zij.
Hun lijden is voorbij.
Halleluja,
bij ’s Vaders troon
wacht hen de Zoon
hun werken volgen hen als loon.

2 Zalig zijn de ontslapen vromen
voor ons te vroeg aan de aard ontnomen,
maar die door God te goeder uur,
aan het einde van hun dagen
het Vaderhuis zijn ingedragen
als rijpe schoven in de schuur.
Zij leven bij de Heer
en zondigen niet meer.
Halleluja!
’t Is al volbracht,
geen rouw of nacht
heeft in Gods Koninkrijk meer macht.

Gebed

Collecte

Zingen Hemelhoog 624: 1, 4 en 5
1 Vreugde, vreugde, louter vreugde
is bij U van eeuwigheid,
Schepper, die ‘t heelal verheugde,
bron van eeuw’ge vreugde zijt.
Gij, die woont in licht en luister
drijft de schaduwen uiteen.
Hij, die zoekend doolt in ‘t duister
vindt het licht bij U alleen.

4 Open nu ook onze ogen
voor het ware vreugdelicht
opdat wij uw Naam verhogen,
juichend voor uw aangezicht.
Want in Christus komt Gij nader
hem, die onder zonde zucht.
Ieder wilt Gij zijn een vader,
die in Jezus tot U vlucht.

5 Wil ons van uw vreugde geven,
hef ons op tot U omhoog,
Gever van onsterf’lijk leven,
die tot ons U neder boog.
Dan gaan wij hier zingend voorwaarts,
onbevreesd in smart en pijn.
Laar ons, Heer, door uwe liefde
eeuwig in uw vreugde zijn.

Zegen

Last modified: 13 april 2021