Persoonlijke kennismaking

Mijn ouders hebben mij het geloof voorgeleefd. In mijn vroege jeugd werd er thuis niet veel over het geloof gesproken, het hoorde er als vanzelfsprekend bij. Zo gingen wij ’s zondags tweemaal naar de kerk, zat ik op een christelijke lagere school en ging ik doordeweeks naar catechisatie en de jongensclub ‘Samuel II’. Als tiener kwam ik los van de ‘christelijke routine’ en ging ik mijzelf steeds meer afvragen of het geloof, God en Jezus werkelijk iets voor mij betekende of dat het alleen een bepaalde levenshouding was. Ik raakte wat dat betreft een beetje ontspoord.

Mijn vader zette mij weer op het spoor toen hij mij tipte over een vakantiebestemming, een werkkamp in Frankrijk. Met een groep jongeren hebben we een zendelingsechtpaar geholpen met de verbouw van een groot huis tot jongerenontmoetingscentrum. De gesprekken, bijbelstudies en ontmoetingen in die vakantie leidde tot een persoonlijke kennismaking met God. Terug van vakantie heb ik me aangesloten bij een bijbelstudiekring en ben ik actief geworden in de plaatselijke koffiebar van Youth for Christ. Daar heb ik geleerd mijn geloof ook handen en voeten te geven. Een andere belangrijke les in die periode was dat naast een persoonlijke relatie met Jezus, mijn geloof niet kon bestaan zonder in verbinding te staan met medegelovigen.

Steeds moet ik weer gevoed blijven om niet van God af te dwalen.

Groot wonder

Jezus heeft voor mij lange tijd niet veel meer betekend dan wat de kinderbijbel erover vertelt. Al groeiend in mijn geloof is Jezus voor mij steeds meer God geworden. Hij is als mens naar mij toegekomen om al mijn gebreken en tekortkomingen teniet te doen. Door Jezus mag ik iedere dag weer bij mijn Hemelse Vader komen. Ik ervaar dat steeds weer als een groot wonder. Als je dit leest lijkt het erop dat mijn geloofsleven één groot halleluja is. Niets is minder waar. Steeds moet ik weer gevoed blijven om niet van God af te dwalen. Dagelijks bijbellezen en bidden, het horen van Gods woord in onze diensten en gesprekken met mijn broers en zussen zoals in de huiskring helpen mij dicht bij Hem te blijven. Ik ben God dankbaar dat Hij mij Annemieke heeft gegeven. Met God vormen wij een drievoudig snoer dat niet makkelijk kapot te trekken is.

Broers en zussen in geloof

Al meer dan de helft van mijn leven ben ik verbonden aan de Sijpekerk. En dan bedoel ik niet zozeer het gebouw, maar vooral mijn broers en zussen van de Sijpekerk. Piano, vleugel, orgel of Sijpeband is van totaal ondergeschikt belang dan hoe wij als broers en zussen met elkaar omgaan. Ik kan veel voorbeelden noemen waarin pijnlijk blijkt dat wij hier niet veel van bakken, hoe menselijk! Gelukkig gunt God ons ook een blik in de hemel zoals bij een doopdienst, avondmaalsviering (zelfs in coronatijd) en in hoe er naar elkaar wordt omgezien. Met Johannes zou ik aan de Sijpekerk willen meegeven: ‘’Geliefde broeders en zusters, laten wij elkaar liefhebben, want de liefde komt uit God voort. Ieder die liefheeft is uit God geboren en kent God. Wie niet liefheeft kent God niet, want God is liefde. En hierin is Gods liefde geopenbaard: God heeft zijn enige Zoon in de wereld gezonden, opdat we door Hem zouden leven.’’ (1 Johannes 4: 7-9)

Last modified: 13 januari 2021